Om meteen maar met de deur in huis te vallen, het is helemaal waar. Je krijgt er een hoop voor terug. Slapeloze nachten, huilbuien van het kind, huilbuien van de ouders, poep aan je vingers, spuug in je nek. En een heerlijk kind die wij onze zoon mogen noemen. Hij is geland hoor, onze Jesse.
Inmiddels begint het bij ons ook wat meer te landen. Het gegeven dat wij ouders zijn geworden. Ja, ik ben een ouder geworden. Ik begrijp nu pas hoe ze aan die term gekomen zijn. Want in de afgelopen tien weken ben ik zeker tien jaar ouder geworden. Vlak voordat mijn vrouw uitgerekend was kreeg ik regelmatig de vraag of ik er klaar voor was. Met terugwerkende kracht kan ik zeggen dat niemand hier klaar voor kan zijn. Dat een bevalling niet persé met twee keer niezen klaar zou zijn hadden we wel bedacht. Dat ik 5,5 uur alleen met mijn zoon op een kamer zou zitten zonder mijn vrouw en kersverse moeder zag ik niet aankomen.
Laten we eens beginnen bij het begin. Op een stormachtige avond lagen we samen in de slaapkamer met brandende kaarsjes om ons heen. Oh wacht, ik ga iets te ver terug. Deze zal ik jullie besparen. We spoelen terug naar donderdag 28 oktober. Na een dag met mijn hoofd in de ballen, slingers en glitters op mijn werk kwam ik thuis. In de keuken stond mijn vrouw met haar gezicht wat twijfelachtig in de plooi. Ze had het idee dat haar vliezen gebroken waren maar wist het niet zeker. Kijk, wij hebben vaak genoeg op televisie gezien hoe het er uit ziet als de vliezen breken. Een tsunami aan vruchtwater vliegt door de kamer waarna je de verzekering kunt inschakelen omdat de houten vloer volledig krom getrokken is. In dit geval ging het om een klein beetje vocht en dus was het onduidelijk wat het was. Toch diezelfde avond de verloskundige gebeld en die gaf aan de volgende dag voor de zekerheid maar even langs te komen.
“Inmiddels was ze alle schaamte wel voorbij en lag alles al op de grond nog voordat de verloskundige het had gevraagd”
Nadat ik vrijdagochtend gewoon naar mijn werk was gegaan, zorgde ik er natuurlijk voor dat ik thuis was als de verloskundige langs zou komen. En dus stapte ik lichtelijk gespannen in de auto naar huis. In die 14 minuten durende rit vloog er van alles door mijn hoofd maar niets daarvan leek op wat er uiteindelijk ging gebeuren. De verloskundige die bij ons langs kwam liep gewapend met een wattenstaafje naar de slaapkamer, waar mijn vrouw voor de zoveelste keer haar broek mocht laten zakken. Inmiddels was ze alle schaamte wel voorbij en lag alles al op de grond nog voordat de verloskundige het had gevraagd. Ik hoop wel dat ze dat al een beetje verleerd is en dat niet bij elke arts die langs komt de broek open gaat. Daar krijg je toch een beetje een rare naam van als je voor controle bij de tandarts komt.
Hoe dan ook, het betreffende wattenstaafje kleurde intens zwart wat duidde op vruchtwater. Het scheen dat de vliezen toch gescheurd of gebroken waren. En dat bleek het startschot te zijn voor de 10 weken rollercoaster waar wij inmiddels in zitten. Diezelfde avond gingen we naar het ziekenhuis voor controle maar bleek dat de weeën al in een ver stadium waren. Dus inchecken geblazen in ons vijf sterren all-you-can-pers hotel. In de volksmond ook wel ziekenhuis of verloskamer genoemd. Vele uren later was onze toekomstige zoon getransformeerd in de traagste landschildpad die er is. Hoe hard mijn vrouw ook haar best deed, meneertje schoof belachelijk traag vooruit. Tussen de weeën door heeft mijn vrouw zich nog hard op afgevraagd hoe het in Godsnaam kan dat vrouwen na zoiets nóg een kind willen. Ze was al blij dat deze er uit zou zijn. Zonder teveel in detail te treden kwam uiteindelijk de spreekwoordelijke watermeloen tóch door de brievenbus met hulp van een schaar en wat hulpstukken. Een van die hulpstukken was een ruggenprik. Wat een ding is dat. Als je nog geen angst voor naalden had krijg je dat wel als je getuigen bent van het plaatsen van een ruggenprik. Die naald is zo groot dat als je hem verticaal in de grond steekt je de gehele provincie automatisch van 5G voorziet. Die is zo lang dat als het buiten onweert je hem niet mag gebruiken omdat de kans groot is dat de bliksem er in slaat. Met deze naald vergeleken staan schermers op de Olympische Spelen met tandenstokers te zwaaien. Niet normaal lang. Maar het hielp wel tegen de pijn en gaf mijn vrouw de kracht om door te zetten.
“Na een paar minuten kwam er een vleeshaak en wat visdraad uit een lade en was het tijd om te hechten”
En tadaa, daar was eindelijk onze zoon Jesse. Wat een ongelooflijk wonder om te zien. Direct in de liefhebbende armen van zijn moeder. Vader was nog steeds bij kennis tot eigen verbazing. Het is toch niet niks om je vrouw zo hard te zien werken waarbij in de tussentijd je favoriete stamkroeg tot de grond toe is afgebrand. Ergens in mijn achterhoofd hield ik er rekening mee dat op het moment surprême het wit voor mij ogen zou worden en ik pas wakker werd door de klanken van mij zoon. Maar nee, ik was er van het begin tot einde bij. Na een paar minuten kwam er een vleeshaak en wat visdraad uit een lade en was het tijd om te hechten. De bekende grapjes als “doe maar een steekje extra” heb ik maar even achterwege gelaten. Al snel bleek dat het hechten toch op de OK moest gebeuren en werd de kersverse moeder uit de kamer gereden.
Daar zat ik dan. Net een half uurtje vader en nu met mijn zoon in de armen in een lege kamer. Dat bleef nog wel even zo want na een paar uur was mijn vrouw nog steeds niet terug op de kamer. Natuurlijk had ik zelf al wel de conclusie getrokken dat er meer aan de hand was dan alleen het plaatsen van wat hechtingen. Na drie uur kwam de arts langs om te vertellen dat het niet goed ging met de operatie. Het zuurstofgehalte in haar bloed ging hard omlaag en was niet meer op te krikken. Het was alle hens aan dek. Met diverse scans en foto’s is gezocht naar een oorzaak maar die werd niet gevonden. Gelukkig loste het angstige moment zich vanzelf op en steeg de saturatie weer. Conclusie was dat mijn vrouw er nog was en op de IC lag bij te komen van haar narcose. Na 5,5 uur kwam ze weer terug bij ons. Terug bij haar zoon.
Dat was mij een nachtje wel. Die hele dag daarna hebben wij gebruikt om bij te komen en te herstellen. Laat op de avond kozen wij ervoor om naar huis te gaan en te beginnen aan ons nieuwe leven. Eentje gevuld met luiers, tranen, flesvoeding, nachtelijke uurtjes en uiteraard de hulp van onze Kraamzorg. Want wat een uitvinding is dat. Als kersverse ouders na 40 uur wakker te zijn is de focus wel een beetje verslapt. Hoe weet ik wanneer hij honger heeft? Hoe verschoon je eigenlijk een luier? En hoe laat je een kind van een paar uur oud een boertje laten terwijl je denkt dat hij van flinterdun kristal glas is gemaakt? Het moet allemaal nog wel een beetje landen. Maar dat zal wel goed komen want zo zwaar kan het niet zijn toch? Nou, daar over later meer.